De restauratie van het 17de-eeuwse cassettenplafond van Ars Aemula, Pieterskerkgracht 9 te Leiden
06-10-2019Door Julia van Velzen, Restaurator in Opleiding Historische Binnenruimten, Universiteit van Amsterdam
Op 12 juli 2019 bezochten leden van Restauratoren Nederland de restauratiewerkzaamheden aan het cassettenplafond van Ars Aemula Naturae te Leiden. Deze bijeenkomst werd speciaal georganiseerd voor restauratoren van de specialisaties historische binnenruimten en schilderijen, om inzicht en kennis uit het vakgebied te delen.
Het pand aan de Pieterskerkgracht 9 was van oorsprong een particulier woonhuis uit de zestiende eeuw. Het pand kent vele verbouwingen en in de tweede helft van de zeventiende eeuw heeft het echtpaar Abraham de la Pla en Johanna de Maubus waarschijnlijk opdracht gegeven voor het cassettenplafond (zie afbeelding 1).

De twaalf grote vlakken zijn beschilderd en gesigneerd door M. Saegmolen:
Questi quadrati
Et non le trabi ha depinto M. Sagemolo
(Deze vakken en niet de balken heeft geschilderd M. Saeghmolen.)
Deze cassetten zijn fijn beschilderd met kransen bestaande uit groenten, figuren en dieren (afbeelding 2). De marmerimitatie op de balken van dit plafond is geschilderd door een onbekende kladschilder. In 1981 kwam dit plafond tevoorschijn achter enkele tussenplafonds, waarna restauratie volgde. Deze restauratie, uitgevoerd door Erica Becker en Teun van Staveren, is goed gedocumenteerd. Hiervan is een restauratieverslag en er zijn foto’s gemaakt, ook werd opgemerkt dat tussen cassetten rozetten hoorden te zitten. Waarschijnlijk zijn deze verwijderd toen het tussenplafond werd aangebracht. Tijdens de restauratie in de jaren tachtig zijn reconstructies aangebracht, gebaseerd op de afgebeelde rozetten in het plafond. De rozetten hebben een krijt-lijmgrondering en zijn verguld, maar zijn erg kwetsbaar. Door afbladderende stukjes werd men gealarmeerd en werden plannen voor restauratie in gang gezet.

Na een hartelijk ontvangst met koffie en thee werd door Josien van der Werf uitleg gegeven over de huidige restauratie van dit plafond. In 2017 werd zij uitgenodigd door Architectenbureau Rietbroek en Veldman, om een conditierapportage te maken van de conditie van het plafond. René Gerritsen werd gevraagd om het geheel te fotograferen in zichtbaar licht en in UV Fluorescentie, er werd een team samengesteld en een restauratievoorstel ingediend. Het team bestaat uit schilderijenrestauratoren en restauratoren van historische binnenruimten: Josien van der Werf, Clara Cremers, Johanneke Verhave, Roos Keppler en Hinke Sigmond. Vanwege de kwetsbare verflaag van het plafond, met veel opstaande verf, werd vooral de nadruk gelegd op conserveren.
Voor de consolidatie van de verflaag werd getest met zowel vislijm als Mowiol in 2% en 4%, aangebracht met kwast. Het oppervlak bleek hier helaas te kwetsbaar voor te zijn, waarna naar een nieuwe methode gezocht moest worden. Er werd geëxperimenteerd met sprayen en aanstrijken met een warme spatel. Bij deze methode was sprake van slechte penetratie van de lijm en het afbreken van de verfschollen. Tijdens de derde test werd met warme steurlijm en Japans papier gewerkt. Er werd direct aangestreken met de warme spatel, op melinex, op 75 graden Celcius. Wanneer het Japans papier van het oppervlak werd gehaald en de schildering werd schoongemaakt, bleek de verf toch niet goed vast te zitten. Op sommige delen ontstond blanching, dit werd opgelost door de warme spatel tot 65 graden te verlagen. Daarnaast werd de concentratie steurlijm opgehoogd naar 10%. Het Japans papier werd, nadat het aangedroogd was, weer nat gesprayd met water en kon zo voorzichtig weer van het plafond afgehaald worden (zie afbeelding 3). Het resultaat was positief, de verf was vastgezet, maar soms werd er hier en daar nog even teruggegaan waar dat nodig was. De afwegingen en het proces van testen werd tijdens de presentatie mooi verwoord: ‘je bent continue in gesprek met het plafond’.


De volgende stap was het oppervlak reinigen van oppervlaktevuil en overtollige steurlijm. Hiervoor werd gewerkt volgens de aqueous cleaning solutions van Richard Wolbers. Een gebufferd water met citroenzuur, met pH-waarde 6 werkte goed voor het reinigen van het beschilderde oppervlak. Vanuit het publiek werd gezegd dat het ook voordelig kan zijn om de conductiviteit te meten, van zowel het gebufferd water als het beschilderde oppervlak. Op basis van de conductiviteit kan het reinigingsmiddel worden aangepast om zo meer controle te hebben op de concentratie van ionen. Als laatste werd een microvezeldoekje met gefilterd water gebruikt om achtergebleven verontreinigingen te verwijderen.
Tijdens de restauratie van de jaren tachtig zijn er nieuwe latjes met marmerimitatie op de balken aangebracht. Door het witte poliment in de laagopbouw van deze latjes was het niet mogelijk om met de steurlijm te werken, dit zorgde dat de verflaag opzwol door het water. Om dit te voorkomen werd er met andere lijmen getest. Een test met Aquazol 200 20% opgelost in isopropanol bleek goed te werken. De behandeling van de latjes werd voortgezet door het aanbrengen van deze lijm, en de opstaande verf te consolideren met een siliconen pen op melinex. Het residu werd gereinigd met saliva en gebufferd water.
In de laatste fase van de restauratie konden ook retouches aangebracht worden. Er werden voorretouches aangebracht met gouache, vervolgens werd geretoucheerd met pigmenten en Mowilith. Het slotvernis bestond uit Paraloid B72 (10% in Shellsol A), waarnaar met Gamblin Colors de laatste retouches werden aangebracht. Daarnaast zorgden de ultraviolet-foto’s er onder andere voor dat er nieuwe inzichten kwamen in de decoratie van de kamer. Aan de zijkanten van het plafond lijkt het alsof de geschilderde rozetten zijn verschoven (zie afbeelding 4).
Op afbeelding 4 is te zien dat onder de huidige geschilderde rozet een tweede zichtbaar is. Ook is deze kleine rozet voorzien van kraslijnen, als positie-indicatie voor de schilder. Mogelijk toont dit aan dat het plafond hier overging in een kastenwand. Op de eerste verdieping van dit gebouw is ook een rijk gedecoreerde kastenwand aangebracht, het is dus goed mogelijk dat dit vertrek ook kastenwanden had en bij het verwijderen van deze kasten de rozetten bijgeschilderd werden. Het is ook mogelijk dat het plafond vanuit een ander pand overgebracht is naar deze ruimte. Er blijven nog veel vragen onbeantwoord en het is duidelijk dat dit plafond en de functie van deze kamer verder onderzocht moet worden.
Aan het einde van de presentatie werd benadrukt hoe belangrijk het is om met een goed team te werken en dat het vooraf lastig is om de werkmethode te bepalen; ‘tijdens het werken moet je je methode verfijnen’. Daarna was het tijd om zelf de steiger op te gaan en het plafond van dichtbij te bekijken (zie afbeelding 5). Deze interessante middag werd afgesloten met een gezellige borrel bij een naastgelegen café.

Werkt u ook aan een interessant project wat u met uw collega’s zou willen delen? Dan is het mogelijk om via Restauratoren Nederland een werkbezoek te organiseren. Dit is een mooie kans om collega’s uit het veld te ontmoeten en kennis uit te wisselen! Voor meer informatie kunt u mailen naar: info@restauratoren.nl